Zoeken in deze blog

woensdag 10 september 2008

Generaliseren over Noorwegen en de Noren, een tweede terugblik



Het schip schommelt in de windvlagen.
Ik hoor het deurtje van het keukenkastje tikken.
Farsund is een prettige plek.
We liggen hier gratis, inclusief stroom en water en de COOP naast de deur.
De weersvooruitzichten zijn niet best, harde wind op de Noordzee tot en met a.s. zaterdag.
De twee Zwitsers die voor ons liggen willen morgen, in een tegen-windse koers langs kaap Lindesnes varen. Gezien de hoge golven ter plekke lijkt mij dat niet een aangename bezigheid.
Farsund is evenals Ålesund in het begin van de vorige eeuw volledig afgebrand. Een aantal van dezelfde architecten die Ålesund hebben helpen opbouwen hebben ook Farsund een nieuw gezicht gegeven. De huizen, in steen gebouwd, doen erg denken aan die in Ålesund ,met hun gekleurde gevels en deels Classicistische- en Jugenstil elementen.
Een gallerie-houder legde het ons ons allemaal geduldig uit.
De sfeer in dit deel van Noorwegen is totaal anders dan de Lofoten en het hoge Noorden. Ruige en ongenaakbare natuur is hier veel minder duidelijk aanwezig en de huizen, gebouwd tegen de hellingen, ogen vriendelijk en zijn gevarieerd in bouwstijl. Alles ademt een sfeer van gemoedelijkheid en toont gevoel voor schoonheid. Er wordt hier veel gebouwd, maar de planologie laat een zorg voor leefbaarheid en toegankelijkheid zien.
Op straat lopen de mensen er anders bij, de kleding is losser, artistieker. Het terras van het Pakhuset nodigt uit om er langer te blijven zitten. Een café is een bruin café en niet de kale sobere ongezellige drink- en eet-plek, die we vaak in het noorden in de kleinere plaatsen, zagen.
Geweldig om niet zelf je koffie bij de balie te moeten halen en eerst te moeten afrekenen, maar gewoon vriendelijk bediend te worden. Gek dat ik waarde hecht aan dit soort kleinigheden.
Zorg voor de ander zal zich in Noorwegen meer uiten in familieverband, al merkten we, als je een beroep op een Noor doet, dat de bereidwilligheid om te helpen groot is, maar je moet er wel om vragen.
Ik vermoed dat de familiebanden heel sterk zijn gezien de neiging om massaal aan tradities mee te doen zoals we zagen op 17 mei in Skudenes, de nationale onafhankelijkheidsdag.
Ik begin ook te begrijpen waarom er zoveel boerenfamilies uit Nederland naar Noorwegen emigreren. De levensstijl sluit aan bij een sterke familiecultuur en een degelijke kerkelijke achtergrond. De grotere vrijheid op het gebied van het landbouwbeleid is aantrekkelijk om zich hier te vestigen. In dit grote land is in allerlei beroepen werk te krijgen en het verdient goed.
Het schijnt wel zo te zijn dat Noorwegen steeds meer voorschriften en regels overneemt van de Europese Unie, maar wel zodanig dat hun onafhankelijkheid onaangetast blijft. Al was het alleen maar om te kunnen vissen wat je wilt of waar je wilt.
We kregen meerdere malen walvisvlees aangeboden om te proeven.
We eten vlees, maar walvisvlees gaan eten voelt net zoals het aanbod krijgen om hond te eten.
Nee dank je, de emotionele binding met dat zeedier is ons te groot.
Het vissen en jagen is voor veel Noren een levensbehoefte en ze kunnen vol vuur daarover spreken. Bedekte twijfel onzerzijds over 'of dat nou allemaal zo nodig moet', wordt met een minzame glimlach terzijde geschoven. Mijn instinct om te jagen is vervormd tot het kopen van een biefstukje bij de slager.
Het idee zelf een vis aan de haak te slaan geeft me een ongemakkelijk gevoel, al eet ik graag vis.
Daarentegen staan de meeste Noren dicht bij de natuur. Van jongs af aan gaan kinderen met opa, vader of oom mee op jacht of uit vissen.
We verbaasden ons over de luidruchtige alcoholische uitspattingen van Noren met name in de weekenden. Het werd ons uitgelegd als een tegenwicht voor het harde werken gedurende de week en als protest tegen het strikte alcohol-beleid van de regering.
In de mogelijkheid tot het gebruik van een bredere variatie andersoortige drugs, kijken naar soaps, zwelgen in emotie-tv en het lezen van sensatie-bladen, zijn we in Nederland misschien wel, zij het in 'geaccepteerde' vorm, evenzeer geneigd tot uitspattingen.
Aanvankelijk sloten we, zoals we in Nederland gewend zijn, de boot zorgvuldig af als we even weg gingen. Die gewoonte verloren we snel. De criminaliteit is laag en zeker in het noorden van Noorwegen is iets stelen een ongerijmdheid. De keren dat we in al die maanden politie zagen schat ik op een keer of 6-7. Misschien overdrijf ik een beetje, maar het was zelden.
Eerlijkheid lijkt, als principe, hoog in het vaandel te staan.
In de meeste havens wordt er van je verwacht het havengeld in de zogenaamde honesty-box te deponeren. In Nederland lijkt me zoiets ondenkbaar. Waarschijnlijk blijft de box erg leeg.
Van een aantal Noren begreep ik toch dat ze niet altijd zo braaf zijn. Ze betalen als er stroom wordt geleverd en voldoende faciliteiten aanwezig zijn. Buiten het seizoen (vóór juli en ná augustus) wordt er meestal geen liggeld betaald. Slechts 3-4 keer kwam er in de haven iemand langs die het havengeld inde.
Tot zover terugblik 2.

bij de foto's
bloot uitgenodigd in Egersund door de haven-nimf.
Farsund kade.
Farsund vanuit de Nika.
Nika langs de kade.

Geen opmerkingen: