Zoeken in deze blog

woensdag 27 mei 2009

Little Britain in Duitsland en winderig Denemarken.


Aan lange lijnen vanuit het achterschip om twee palen en de boeg voorzien van een trapje naar de steiger liggen we bij de BKYC, de Engelse Yachtclub vlak bij Kiel. Aan de andere kant van de steiger ligt een prachtig langgerekt jacht met een sterk overhangende spiegel dat bij navraag het zeiljacht van Himmler was, die man die in de tweede wereld-oorlog de rechterhand van Hitler was. De Engelsen hebben na de oorlog de Nazi Yachtclub over-genomen en er een Britsche enclave van gemaakt. De jachten hebben ze ingepikt en één ervan, de Flamingo, hebben ze gerestaureerd en intact gehouden tot de dag van vandaag. In het clubgebouw verwonderden we ons al over een foto met een aantal heren op dit schip met een wapperende nazivlag. Toch wat vreemd in een Britse Yachtclub. Tot voor enkele jaren mochten Duitsers hier niet komen. Nu is de Yachtclub open voor alle gasten en very British werden we met voornaam voluit en alle gegevens die we normaal niet hoeven te geven vereeuwigd in het grote boek. De volgende ochtend hing naast de Engelse en Duitse vlag ook de Nederlandse vlag als teken van onze aanwezigheid. Niet veel mensen weten van deze mogelijkheid om hier een ligplaats voor de nacht te krijgen. Slechts 1 mijl ten noorden van de sluis helemaal achter in een inham is meestal wel een plekje vrij in de haven die nu vooral dienst doet als trainingscentrum voor militairen. Het is een prima stressoefening om landrot-soldaten een dagje mee te nemen op een zeilschip, het liefst bij windkracht 6 of meer.
Omdat alles taxfree is (ook de drankjes aan de bar) konden we van het diner meegenieten voor slechts €3.50 per persoon, geen haute cuisine, maar een stevige hap voor de net gearriveerde en uitgehongerde crew. In de zomer schijn je in de Chandlery van de club allerlei kleding en schoeisel te kunnen kopen tegen taxfreeprijzen. Vandaag had de verantwoordelijke man geen zin om zijn tent open te gooien. De ligplaats kost €18 per dag, maar dat is inclusief water en stroom.
Het weer lijkt goed te worden, morgen maken we de oversteek naar Denemarken, een tocht van ongeveer 70 mijl( 126 km). Overigens meende ik weer een bruinvis te zien, het was volgens de havenmeester een aalscholver die onderdook. Even later zag ik hem bovenkomen, inderdaad een aalscholver. Een mens ziet wat hij zien wil.
Gedser en Møn.
Onderweg naar Gedser zag ik geen bruinvissen, maar wel veel kustverkeer . Echte grote jongens voor het vervoer van spullen en mensen. In de Kieler Bucht werden we bijna overspoeld door de gigantische hekgolf van een binnenstuivende Finse veerboot. Ik moet er niet aan denken dat een schip met zo'n vaart en zo'n hekgolf je op een 10- 20 meter afstand passeert, de verstaging klappert je om de oren. De verdere reis was saai, ja dat kan ook, weinig wind , dus de motor bij en motor-sailen. Een tocht van bijna 70 mijl van Holtenau naar Gedser. Gedser op het Deense eiland Falster staat bekend als een goede tussenstop, maar is verder een niet interessant plaatsje. We werden vlak voor de haven begroet door een aantal ronde zeehondenkopen die nieuwsgierig de pas aangekomen scheepjes bekeken, om daarna weer onder water te verdwijnen. De volgende dag manouvreren we voorzichtig over een ondiepte oostelijk van de veerhaven van Gedser naar open zee. We steken zo een mooi stuk af . Wederom weinig wind en met het grootzeil op en af en toe de kluiver bij motorsailen we naar Klintholm op Møn, 26 mijl naar het noordoosten.
Er wordt lelijk weer voorspeld en het lijkt erop dat we hier op Møn even vastliggen.
De wind is nog uit het zuidoosten. In de loop van de dag gaat het van uit het zuidwesten in de onweersbuien spoken zeggen ze op alle geraadpleegde stations. We liggen hier goed, langszij aan een stevige steiger met de kop naar het zuidwesten, dus laat maar komen die windstoten en onweersbuien.
Een dag later.
Ze zijn er, en hoe, de wind giert om de mast. Nika rukt en trekt aan haar dubbele landvasten en alles wat kan klapperen doet dat ook, ondanks onze eerdere voorzorgsmaatregelen. De huik over het grootzeil, die Nienke tegen het klapperen met een paar zeilbandjes op de giek heeft vastgebonden, ziet er uit als een overmaatse Hausmacher Leberwurst breeduit voorzien van het opschrift 'Hutting 40'. De klaagzang van de wind heeft een verontrustend karakter, even denk je dat het muziekstuk zijn einde nadert, weldra daarna wordt je verrast door een nieuwe jammerklacht. De wind huilt in hoge fluittonen over het schip begeleid door het geluid van de golven die tegen de romp van het schip klotsen. De donderklappen van de onweersbui gisteravond waren zo weinig uitgesproken dat we er niet bang van werden. Als ik nu naar de lucht kijk, zie in voorbij jagende wolken, de meeste licht van kleur tegen een helderblauwe achtergrond. Nika ligt op één oor langs de steiger, als waren we onder zeil en het kost moeite om je zonder de blik op de horizon binnen in de boot staande te houden. Zitten en liggen is nog het beste. Wat kunnen we meer doen dan rustig afwachten? De weersvoorspelling blijft weinig aanlokkelijk met een harde naar het noordoosten draaiende wind . Kopenhagen wordt een lastig te bereiken doel. Eerst maar deze zuidwester uithouden en het eiland Møn verkennen.

bij de foto's :
het door de Engelse geconfiskeerde schip van Himmler.
we komen de Deense territoriale wateren binnen.
Nienke op Møn en de zee vanuit de haven

Geen opmerkingen: