Zoeken in deze blog

donderdag 17 april 2008

naar Texel

Als we ons opmaken om uit de haven van den Oever te vertrekken, neemt even de spanning toe.
Hoe komen we hier weg, hoe zorg ik ervoor dat we geen kras oplopen?
Net zo iets als wanneer je in een huis op de vlakte woont en hoort dat de wind steeds harder gaat waaien; zullen de dakpannen blijven liggen of zal de perenboom blijven staan?
De sluis nemen we zonder veel problemen, al had ik beter een stukje verder kunnen doorvaren, om voor en achterlijn beter te spreiden.
Eenmaal klaar en hijgend van het werk aan de zeilen die gehesen moeten worden en de stootwillen en de landvasten die opgeborgen moeten worden , valt er wat van ons af.
Het schip nestelt zich in de wind en het water dat langs het schip stroomt begint vrolijk te bruisen. We zeilen, en krijgen weer aandacht voor de omgeving. Een vissersschip in de verte dat zijn baantjes trekt, een eenzame meeuw die speurend het kielzog van de boot bekijkt op al wat omhoog dwarrelt in het water.
In de verte liggen twee klippers op de droogvallende plaat. Onze zoon belde ons dat we maar even moesten zwaaien want hij lag daar met de Poseidon en een collegaschip.

Bij den Helder ligt de kustwacht op de loer, klaar om een rubberboot met een 6-tal in het zwart geklede stoere mannen te lanceren die je boot enteren op zoek naar drugs en andere verboden waren.
Op weg van IImuiden naar Makkum werden we vorig jaar aangehouden door zo'n rubberboot.
We zaten net aan de kapucijners met spek en augurken, terwijl de stuurautomaat zijn werk deed.
Uiterst correct werd ons gevraagd waar we vandaan kwamen en waar we naar toe gingen.
Imponerend waren ze wel, die mannen, de autoriteit die ze uitstralen, met de snelle rubberboot die behendig langszij werd gemanoeuvreerd. Gerustgesteld door ons betrouwbaar voorkomen en de juiste antwoorden onzerzijds, waren ze even snel weer weg als dat ze kwamen.

Bij aankomst in Oudeschild leggen we eerst aan op de verkeerde plek, geholpen door een even tevoren aangekomen echtpaar met een ongeveer even grote boot. Even later besluiten we toch ergens anders te gaan liggen, aan een langsteiger met de kop van het schip meer in de wind.
Daar ligt een schip vol stoere mannen, die zoals je kunt verwachten geen poot uitstaken om een lijntje aan te nemen. Heeft dat met gezichtsverlies te maken of hopen ze dat er iets mis gaat?
Wij liggen goed en zijn tevreden, de wind op de kop en we zitten lekker in de zon achter de sprayhood in de luwte van de wind.

Het leven is opeens heel eenvoudig , we genieten .

P.S.
Een verrassende reactie van A.P.
We wensen jullie ook een fantastische reis toe, met jullie schip naar de Middellandse zee.
Een emailadres zou prettig zijn om persoonlijk te kunnen reageren.

Rob en Nienke

Geen opmerkingen: